Blijven steken bij de ceremonie voorafgaande aan de
daadwerkelijke plaatsing in het graf. Die laatste stap even overslaan, vandaag
op pad om de wonderlijke graven in Toraja land te zien. Ondertussen mooie
achtergrond verhalen van de gids, boeiende geschiedenissen en rijke tradities,
waarbij het oeroude traditionele Toradja zich heeft verzoend met de mengeling
met het Christendom, door de Nederlanders hier gebracht.
Londa: de Tau tau. Levensgrote met de hand uit hout gesneden
poppen, gemaakt en gekleed naar het beeld van de overledene. De Tau Tau wordt
op een balkon voor het graf in de rots geplaatst om de overledene te
beschermen. Iedere “clan” heeft op eigen land een rotswand waar voor elke
overledene uit de clan een nieuw graf wordt uit gehouwen, vaak hoog boven de
grond. Handmatig in een bikkelharde rotswand, dat kan maanden duren. Er is een
gezamenlijke verplichting van de clan om voor ieder lid, arm, of rijk, een graf
te creëren . Verschil zit in de 4 horizontale niveau’s, kaste gerelateerd. 2015
werd er nog een lichaam en Tau tau bijgeplaatst. Een Tau tau “carver”is aan het
werk, een zeldzaam vak.
Plots begroet door een stralende oudere man met een enorme
ring om. Pastor uit een verwante gemeenschap en helemaal enthousiast dat wij
uit Nederland komen, het land van de oorsprong van zijn geloof. Zijn hele
gezelschap wil vervolgens met ons op de foto. Alsof je midden in een gospel
koor beland, alleen zijn deze mensen allemaal wat kleiner. Wonderlijke en leuke
ontmoeting.
Ook de berg op naar het grote Jezus beeld dat boven Makale
uittorent en is gebouwd in opdracht van een moslim leider. Het geheel is niet
af en ziet er ook niet naar uit dat het dat zal gaan worden. Veel gelovigen,
voor ons weinig aantrekkingskracht. Wel een mooi uitzicht.
De huizen en gronden van de Toraja zijn eigendom van de hele
clan. Het hoofd van de clan woont in het grote traditionele huis met het
Buffelhoornen dak. De andere gebouwen, in dezelfde vorm zijn voor de
rijstopslag. Hoe meer bijgebouwen, hoe rijker. De grote huizen kunnen wel
gerestaureerd, of vervangen worden, er komen geen nieuwe bij. Een huis bezocht
en verbaasd over de ruimte en het licht, voelt heel prettig binnen.
Kambira:
kindergraven in een boom (=Liang Pia), ze zijn er op verschillende plaatsen en
er komen ook nog nieuwe bij. Het idee: een kind jonger dan 6 maanden kan niet
zelf eten of voortbewegen en moet ook op weg naar het hiernamaals worden
verzorgd. Een holte in de boom gemaakt , het lichaam erin en afgesloten met
natuurlijk materiaal. De boom groet om het lichaam heen als bescherming.
Ondertussen zorgen de witte sapstromen in de stam voor de voeding van het
overleden kind. Bijzondere gedachte, zorgzaam in elk geval.
Na een traditionele lunch van Kip in bamboe en wilde zwarte
rijst, op stap naar de volgende verbazing.
Tampangallo. Na
een korte wandeling een afslagje door het frisse groen met mooi gekleurde
bloemen, nog 1 bochtje over wat smalle planken naar rechts en er vind een face
to face begroeting plaats met een aantal schedels op een rots in de ingang van
een natuurlijke grot. Eenmaal binnen hebben we geruime tijd nodig om bij de
komen en ons te realiseren wat we eigenlijk zien. Een natuurlijke grot,
gebruikt voor het “begraven” van de overledenen.
Van bodem tot aan plafond, in
alle hoeken en gaten: overblijfselen, vooral veel schedels (met en zonder
tanden), maar ook vaak ver vergane resten van de doodskisten en andere
herinneringen de bestemming voor deze grot. Vanuit de hoogte kijken een aantal
groepen Tau tau waakzaam op het geheel
neer. Behalve de zachte pastels van de Tau tau heeft het geheel een harmonieuze
grijsgroene kleur. Alles in harmonie en overal waar je kijkt. Even bij gaan
zitten en in laten werken, prachtig en vreedzaam, ondaks alle schedels. Sommige
kisten hebben versierselen die volgens de gids zouden kunnen duiden op een
mogelijk Chinese herkomst van de Toraja ( de steile zwarte haren verklaard?).
Via een nauw tunneltje onder de indruk de grot verlaten. Prachtig!
Tot slot:
De Suaya
koningsgraven. Hoog in de rots een rij fraaie Tau tau voor de graven van de
allerhoogsten der Toraja. Ca. 10 jaar geleden werd het laatste lichaam hier bij
de rots in geschoven na een ceremonie van 14 dagen die aan 200 (veelal geïmporteerde) buffels het leven
kostte. Een ieder bij wie Jort Kelder op de thee zou willen, ook van ver over
de landsgrenzen, was aanwezig.
Opvallend hoe een relatief kleine bevolkingsgroep een zo
unieke cultuur in stand houdt. Van de ca. 900.000 Toraja leeft de helft buiten
het gebied. Ze blijven altijd verbonden en komen bijna allemaal terug.
Onderweg zien we met regelmaat een steeds vaker voorkomende
optie: de “house graves”, ofwel het Panteon. Een hele familie kan hierin worden
bijgezet.
Het hele traject tussen ophouden met ademen en de weg vinden
naar het hiernamaals, nirwana, of wat dan ook, lijkt hier in Tana Toraja
onlosmakelijk verbonden met het dagelijkse leven en een niet mis te verstane
belangrijke opdracht te zijn.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten